Tije haalde diep adem en liet zich in het donkere water zakken tot op de bodem. Bodem? Onder zijn voeten voelde hij iets zachts. Iets wat meegaf, maar toch veerkrachtig was.
Tije en zijn vrienden zijn goed in het bouwen van dammetjes. Zo goed, dat ze het water uit de beek kunnen laten stromen waarheen zij willen. In een bouwput bijvoorbeeld.
De volgende dag vinden ze een lichaam op de bodem van hun zelf aangelegde zwembad. Is hij verdronken? Dan is het hun schuld!
Tije en zijn vrienden willen het lijk het liefst vergeten. Maar er verschijnen brieven, in codetaal. Dreigementen worden waarheid. Een vreselijk geheim komt uit… of ze willen of niet.